Jezus beter begrijpen

Een pakkende, begrijpelijke bijbelstudie over het leven van Jezus. Voor mensen die meer met de Bijbel bezig willen zijn.

Toegankelijk en begrijpelijk voor iedereen. Dat is dit bijbelstudieboek over het Evangelie van Johannes. Er is geen voorkennis nodig, al gaat dit boek ook de diepte in. Met name geschikt voor groepen, maar ook prima voor persoonlijk gebruik. Allerlei verwerkingsopdrachten en gespreksvragen maken het gemakkelijk om de stof toe te passen op het eigen leven. Door zo met het Evangelie van Johannes bezig te zijn, ga je meer begrijpen van de centrale persoon van het christelijk geloof, Jezus Christus.

Jezus beter begrijpen is het eerste deel van de serie ‘Bijbel beter begrijpen’ – een serie bijbelstudieboeken voor startende bijbellezers.

Niels de Jong is theoloog en via de IZB werkzaam als missionair predikant in Rotterdam-Centrum (PKN) – eerst bij De Samaritaan, inmiddels bij gemeentestichtingsinitiatief Noorderlicht. Hiervoor heeft hij gewerkt als Alpha-cursuscoördinator in Gouda. Vanuit ervaringen met Alpha-groepen  en Alpha-vervolggroepen in zowel Gouda als Rotterdam is dit materiaal ontstaan.


Extra informatie en verwerkingsopdrachten per hoofdstuk

Het boek ‘Jezus beter begrijpen’ helpt de lezer om meer zicht te krijgen op de persoon van Jezus Christus. Dat wordt gedaan door het evangelie van Johannes te bespreken. Het boek staat vol met verwerkingsopdrachten en gespreksvragen, die een groep kunnen helpen bij het gesprek over de Bijbelgedeelten. Op deze site vind je per hoofdstuk nog meer: extra verwerkingsopdrachten, filmpjes, liedteksten, afbeeldingen, etc.

Er zijn ook enkele films gemaakt naar aanleiding van het leven van Jezus. Zo is er ook een film gemaakt op basis van het Johannes evangelie: ‘The Gospel of John’. Deze film volgt de letterlijke tekst van het Johannes evangelie. De bekendste Jezus-film is ‘Jesus’ uit 1979 die in vele talen en diverse landen is uitgegeven.

 

1. Getuigenis over Jezus

Johannes 1

Aanwijzingen voor gespreksleider
Als dit de eerste keer dat de groep bij elkaar komt, dan is het verstandig om tijd te nemen voor kennismaking, met elkaar bespreken hoe de avonden eruit zien, verwachtingen naar elkaar uitspreken omtrent de Bijbelstudie (en wat het oplevert), etc. Verder kan er tijd genomen worden om het materiaal van ‘Jezus beter begrijpen’ door te nemen en met name even stil te staan bij de ‘Introductie’. Tot slot kunnen er dan ook praktische afspraken worden gemaakt (rooster, data, locatie, al dan niet met maaltijd, wie leidt welke avond, gezamenlijke voorbereiding?, etc.).

Als de groep al vaker bij elkaar gekomen en de kring praktisch goed loopt, dan kan er direct worden begonnen met de Bijbelstudie. Het is wel handig als iedereen een boek heeft en een bijbel (liefste in dezelfde Bijbelvertaling). Er kan als groep ook voor worden gekozen dat iedereen het hoofdstuk vooraf al (globaal) heeft doorgelezen.

Het is het handigst als de verschillende onderdelen (introductie, Bijbelgedeelten en de uitleg) gezamenlijk worden gelezen. Het enige wat de gespreksleider moet doen is het gesprek leiden door op de goede momenten naar het volgende onderdeel te gaan (het volgende Bijbelgedeelte, de gespreksvragen of naar een volgend stuk uitleg). Daarbij is het verstandig om van te voren te bepalen welke gespreksvragen en welke verwerkingsopdrachten echt besproken moeten worden. Waarschijnlijk kan niet alles gelezen en besproken worden, dus bepaalde gedeelten moeten misschien individueel thuis gelezen worden door de deelnemers (bv. de verdiepingsgedeelten).

Het is goed om de bijeenkomst af te sluiten met gebed. Dit kan door de gespreksleider gebeuren, maar dat kan ook iemand anders zijn. Als het iemand anders is, is het wel van belang dat dit vooraf door de gespreksleider aan die persoon gevraagd wordt. Het is ook mooi om met kringgebed af te sluiten – wie wil kan dat wat hardop in gebed zeggen, al moet een ieder ook altijd vrij zijn om alleen in stilte mee te bidden.

Boekentip
De levende Jezus – Tom Wright
Een boek dat op toegankelijke wijze Jezus – zijn persoon, leven en werk – beschrijft tegen de achtergrond van zijn tijd.

 

2. Twee kanten van Jezus

Johannes 2

Aanwijzingen voor gespreksleider

Bepaal vooraf weer wat je als gespreksleider echt aan de orde gesteld wilt hebben en welke verwerkingsopdrachten en/of gespreksvragen je echt wilt bespreken met elkaar.

Als de groep bij de bespreking van hoofdstuk 1  lang niet door de stof kwam is het beter om iedereen aan te raden te tekst uit het boekje thuis al door te lezen. Dan kan er op de groepsbijeenkomst vooral tijd besteedt worden aan het lezen van het Bijbelgedeelte en het bespreken van het Bijbelgedeelte (aan de hand van de gespreksvragen en/of verwerkingsopdrachten).

Onderaan deze pagina vind je de titels van diverse afbeeldingen – voor de tweede verwerkingsopdracht uit dit hoofdstuk. Je kunt ook zelf meer of andere afbeeldingen zoeken. Print de afbeeldingen uit op A4 uit en leg ze op diverse plekken in de ruimte waar jullie bij elkaar komen. Vraag bij deze opdracht iedereen ook even uit de stoel te komen en even rustig rond te lopen om een afbeelding te kiezen.

Het kan ook goed zijn om af en toe wat te zingen met elkaar. In de aanwijzingen per hoofdstuk worden daar soms ook aanwijzingen voor gegeven. Zo ook hieronder. Let er wel op dat niemand verplicht wordt mee te zingen en dat er altijd voldoende mensen zijn die de te zingen liederen kennen.

Liederensuggesties

U maakt ons één – opwekking 194

Mijn Jezus, mijn redder – opwekking 461

Laat uw glorie zien – opwekking 557

 

Afbeeldingen van Jezus

Hieronder volgt een tiental titels van afbeeldingen van Jezus. Via google zijn deze afbeeldingen te vinden en vervolgens uit te printen. Je kunt ook andere dan onderstaande uitprinten. Voor de opdracht is het in ieder geval noodzakelijk een heel aantal diverse portretten te hebben (variatie in stijl, uitdrukking, sfeer, etc.).

1. Christus de Verlosser (beeld in Rio)
2. Jezus in de Middeleeuwen (bv. Rembrandt – Christ)
3. Jezus-icoon
4. Jezus uit de Jezus-film
5. Jezus in een kinderbijbel
6. Baby Jezus
7. Jezus lopend over het water
8. Lijdende Jezus
9. Hedendaagse reconstructie van Jezus’ gezicht
10. Een ‘lelijke’ Jezus

 

3. Drie ontmoetingen met Jezus

Johannes 3 en 4

Aanwijzingen voor gespreksleider

Het belangrijkste is dat je als gespreksleider het hoofdstuk goed doorgelezen hebt en voor jezelf hebt bepaald wat je echt wilt bespreken en wat eventueel ook aan de deelnemers thuis overgelaten kan worden. Natuurlijk kan de groep vooraf ook op de hoogte worden gesteld om misschien al een en ander vooraf te lezen.

Je kunt als groep ook een extra verwerkingsopdracht doen:

Schrijf eens voor jezelf in 5 steekwoorden op wat deze drie ontmoetingen over de persoon Jezus zeggen. Deel dat vervolgens met elkaar. Als het goed is verrijkt dit je beeld van Jezus.

Het is handig om de tekst van de ontmoeting van Jezus met Nikodemus uit te printen voor de deelnemers. Als gespreksleider moet je dan zorgen dat er voor iedereen een A4 is met de tekst van dit Bijbelgedeelte. Iedere deelnemer kan dan op dit A4 aantekeningen maken (uitroeptekens, vraagtekens, etc.).

Hieronder vind je ook de link voor de derde ‘Verwerking’ – het bekijken van de clip ‘Man van Nazareth’.

Link

clip ‘man van Nazareth’

Boekentip

Jezus ontdekken – Jos Douma

Jezus uitstralen – Jos Douma

Twee boekjes over Jezus – hoe je hem beter leert kennen en hoe je meer op hem kunt gaan lijken.

 

 

4. Vol van goedheid en waarheid

Johannes 5 t/m 8

Aanwijzingen voor gespreksleider

Bepaal vooraf weer wat je als gespreksleider echt aan de orde gesteld wilt hebben en welke verwerkingsopdrachten en/of gespreksvragen je echt wilt bespreken met elkaar. Denk ook eens aan wat de afgelopen keren goed gaat en wat juist minder gaat. Kijk of je als gespreksleider wat aan kunt doen (bv. beter de tijd bewaken, eerder aan de gespreksvragen beginnen, etc.).

De liedjes van Rebbecca St.James en Kees Kraayenoord zijn makkelijk te vinden via Youtube, maar hieronder heb je ook de link (er zijn ook andere versies op internet te vinden). Als je kiest om deze manier van verwerking te doen is het wel zo prettig dat je ‘de techniek’ vooraf hebt klaargezet. Dat betekent dat bijvoorbeeld het geluid en/of het beeld tijdens de avond snel aan te zetten is. Natuurlijk is het prettig als iedereen de liedjes goed kan horen en/of zien.

Links

Rebecca St. James – Go, and sin no more

Kees Kraayenoord – God of the moon and the stars

Boekentip

Genade, wat een wonder! – Philiph Yancey

Vrijgevige God – Tim Keller

Twee bestsellers over de onvoorstelbare genade, liefde en vrijgevigheid van God.

 

5. Een verhaal apart

Johannes 9 

Aanwijzingen voor gespreksleider

Hoofdstuk 9 is een lang verhaal dat niet echt in stukken is te knippen. Als je kiest voor de manier die bij de eerste Verwerking staat, kun je evt van te voren al enkele rollen verdelen. Zorg er in ieder geval voor dat je als gespreksleider weet welke rollen er te verdelen zijn.

Het kan helpen om als gespreksleider een globale tijdsindeling te maken. Probeer je ook aan de tijdsindeling te houden door op tijd te beginnen, tijd voor pauze te nemen (en die niet uit te laten lopen) en op tijd te eindigen. Vergeet ook niet dat bijvoorbeeld gebed ook even tijd kost.

Hieronder is een lijstje met mogelijkheden voor de tweede verwerkingsopdracht. Het is goed als je er wat mogelijkheden aan toevoegt die passen bij de groep en jullie woonplaats. Dit hoef je niet als gespreksleider te bedenken – dit kun je ook als groep doen.

Liederensuggesties

U maakte mij tot een ander mens (opwekking 543)

Boekentip

Niet meer dan eerlijk – Jaap van der Windt

Mogelijkheden om als groep te helpen

–          Bekijk eens of je misschien een keer als groep iets kunt doen voor een ander die wel eens hulp kan gebruiken (bijvoorbeeld via Stichting Present)

–          Maak er een vast gebedspunt van op de kring.

–          Vraag eens bij een Voedselbank in de buurt (of een andere organisatie of stichting) of je als groep iets kunt doen voor hun doelgroep.

–          Probeer eens met elkaar te bedenken wat de grootste nood is in jullie woonplaats. Bedenk eens wat je ervoor kunt doen.

–          Spreek eens met elkaar wat je in je privé-leven kunt doen voor de allerarmsten van deze wereld (bv. geld geven, minder water verbruiken, minder vlees eten, minder dingen/eten weggooien, bewuster en eerlijker kopen (bv. Fair Trade of biologisch), etc.  Is er misschien iemand uit de groep die eens een avondje wil zoeken op internet en te komen tot 10 tips (voor een bewustere levensstijl die niemand schaadt).

–          Kun je misschien eenzame mensen bezoeken of eenzame mensen samenbrengen?

–          Bedenk of er misschien mensen met een handicap of met een chronische ziekte zijn die je kunt helpen. Of is er misschien een zorgboerderij in de buurt of een bepaalde opvang? Bied daar je hulp eens aan.

–          … …

–          ……

 

6. Over de herder en de schapen

Johannes 10 t/m 12 

Aanwijzingen voor de gespreksleider

Jullie zijn nu halverwege het Bijbelstudieboek. Neem even een moment om met elkaar te bespreken hoe je het vindt gaan. Zijn er bepaalde onderdelen die het beste werken voor jullie groep (bv. de verwerkingsopdrachten) of komt er bij bepaalde onderwerpen juist niets uit? Komen jullie misschien steeds niet toe aan bepaalde onderdelen terwijl dat wel wenselijk zou zijn? Heb je tips, verbeteringen of suggesties voor een volgende Bijbelstudieboekje, mail dat dan naar Niels@bijbelbeterbegrijpen.nl.

Zorg er wederom voor dat je weet wat je in welke volgorde gaat lezen en bespreken. Voor deze keer is het nodig dat je de gesprekskaartjes in orde hebt gemaakt. Ideeen voor vragen op de gesprekskaartjes staan onderaan de pagina.  Natuurlijk kun je er zelf ook (bij) bedenken.

De vragen kun je gemakkelijk op een A4 zetten en vervolgens het A4 in strookjes of kaartjes knippen. Deze kaartjes kun je dan op een stapel leggen en iedereen een vraag laten pakken. Deze vraag kan vervolgens aan een groepslid naar keuze worden gesteld. Je kunt er ook voor kiezen dat iedereen de vraag beantwoordt die hij/zij zelf gepakt heeft.

Boekentips

Thomas a Kempis – Navolging van Christus

Bonhoeffer – Navolging

Twee klassieke werken over het volgen van Jezus Christus.

 

Nicky Gumble – De uitdaging van een christelijke levensstijl

Hans van der Lee – Volg jij mij?

Erwin McManus – Roekeloze gehoorzaamheid

Drie wat toegankelijkere boeken over het radicaal navolgen van Jezus.

Vragen voor gesprekskaartjes

  • Iedereen laat zich leiden. Door welke dingen/mensen laat jij je leiden?
  • Ben je te vergelijken met een schaap? Of toch beter met een ander dier?
  • Voel je je wel eens afhankelijk?
  • Waarin heb je leiding nodig?
  • Schapen zijn kuddedieren. Jij ook?
  • Kun je een voorbeeld noemen van waarin je leiding van God ervaren hebt?
  • Zou je voor iemand ook een soort herder kunnen zijn?
  • Wie is voor jou een herder geweest?
  • Vind je het moeilijk om ‘de stem van de herder’ te verstaan?
  • Vind je het lastig om je afhankelijk van Jezus te maken?

 

7. Dienend leiderschap

Johannes 13

Aanwijzingen voor de gespreksleider

Het is eigenlijk niet te doen om alles te lezen en te bespreken op 1 bijeenkomst (waarschijnlijk had je dat al ontdekt). Als gespreksleider moet je dan ook kiezen (van tevoren en tijdens de avond). Met name wat betreft de gespreksvragen en de verwerkingsopdrachten. Dat geldt ook voor dit hoofdstuk – het is waarschijnlijk ondoenlijk om alles goed te bespreken. Kies dan wat het beste past bij de interesse van de groep.

Hieronder vind je de nodige extra informatie die passen bij de verwerkingsopdrachten. Als zo’n gespreksopdracht doet, print dan even de informatie uit, zodat je die op de avond bij de hand hebt. Dat geldt natuurlijk ook voor de afbeelding (al kan je die ook op een laptop laten zien).

Wat betreft extra informatie over Judas: uitgebreider en beter dan wikipedia informatie geeft over Judas kunnen we hier niet doen… Wil je dus meer weten over Judas, kijk dan op wikipedia.org en zoek naar ‘Judas Iskariot’ en ‘evangelie van Judas’.

Liederensuggesties

Jezus vol liefde – opwekking 126

Hij kwam bij ons, heel gewoon – opwekking 268

Boekentips

Hoe Jezus de wereld op zijn kop zette (en de mijne ook) – Shaine Claiborne

 

Verwerkingsopdracht: Mogelijkheden om als groep te helpen

  • Bekijk eens of je misschien een keer als groep iets kunt doen voor een ander die wel eens hulp kan gebruiken (bijvoorbeeld via Stichting Present)
  • Maak er een vast gebedspunt van op de kring.
  • Vraag eens bij een Voedselbank in de buurt (of een andere organisatie of stichting) of je als groep iets kunt doen voor hun doelgroep.
  • Probeer eens met elkaar te bedenken wat de grootste nood is in jullie woonplaats. Bedenk eens wat je ervoor kunt doen.
  • Spreek eens met elkaar wat je in je privé-leven kunt doen voor de allerarmsten van deze wereld (bv. geld geven, minder water verbruiken, minder vlees eten, minder dingen/eten weggooien, bewuster en eerlijker kopen (bv. Fair Trade of biologisch), etc.  Is er misschien iemand uit de groep die eens een avondje wil zoeken op internet en te komen tot 10 tips (voor een bewustere levensstijl die niemand schaadt).
  • Kun je misschien eenzame mensen bezoeken of eenzame mensen samenbrengen?
  • Bedenk of er misschien mensen met een handicap of met een chronische ziekte zijn die je kunt helpen. Of is er misschien een zorgboerderij in de buurt of een bepaalde opvang? Bied daar je hulp eens aan.

DaVinci Code en schilderij Da Vinci

Dan Brown, de schrijver van de Da Vinci code trok diverse omstreden conclusies over Jezus. Sommige van die conclusies waren (mede) gebaseerd op het wereldberoemde schilderij van Leonardo Da Vinci (‘Het laatste Avondmaal’).
• Jezus zou getrouwd zijn met Maria en Magdalena. Zij zou ook een kind van hem gedragen hebben. Daaruit zijn allerlei nakomelingen van Jezus ontstaan die tot op de dag van vandaag leven.
• De bijbel zoals wij die hebben zou niet accuraat en authentiek zijn.
• De kerk zou bewust de waarheid omtrent Jezus verdraaid en veranderd hebben – met name wat betreft de opstanding (die volgens de Da Vinci Code verzonnen was).

Belangrijk argument voor Dan Brown is de persoon naast Jezus op Da Vinci’s ‘Het laatste Avondmaal’. De gangbare uitleg is dat dit Johannes, de leerling van Jezus die ook wel ‘ de leerling die Jezus liefhad’ wordt genoemd in het evangelie van Johannes. Deze Johannes krijgt in de kunstgeschiedenis vaak wat vrouwelijke trekken (aangezien hij ook wel de discipel van de liefde wordt genoemd, omdat het in het evangelie en in de brieven die op zijn naam staan dat benadrukt wordt). Dan Brown suggereert dat deze wat vrouwelijke figuur Maria van Magdalena is. Bedacht moet worden dat het schilderij van Da Vinci honderden jaren na het leven van Jezus is geschilderd. Een nogal wankel argument om daaraan meer voorrang te geven dan de evangelien en vele andere boeken die niet van een huwelijk tussen Jezus en Maria Magdalena getuigen. De geschriften die hier wel van getuigen, zijn op z’n vroegst ca. 200 na Chr. geschreven (de tijd dat legendevorming gaat plaatsvinden).


Voor wie meer wil weten over de conclusies die in de Da Vinci Code worden getrokken en zoekt naar antwoorden is het boek van Josh McDowell aanbevelenswaardig (De Da Vinci Code – Een zoektocht naar antwoorden). Hij toont overtuigend aan dat Dan Brown veel onzin verkoopt in een zeer goed geschreven verhaal.

Jesus Christ Superstar
Hieronder volgen twee beschrijvingen van ‘Jesus Christ superstar’. De beide stukken gecombineerd leveren een goed beeld van de verhaallijn van het stuk.

‘Het stuk behandelt, grotendeels vanuit het gezichtspunt van Juda, de laatste week uit het leven van Jezus. De rockopera beschrijft hoe Judas afstand neemt van Jezus, die in Judas’ ogen de aandacht te veel op zijn persoon laat vestigen (als zoon van God, wat Judas niet gelooft) en te weinig op de goede daden die hij doet; Judas meent dat de aanvankelijk nobele beweging rond Jezus gestopt moet worden voordat zij uit de hand loopt. Tegelijkertijd zijn de hogepriesters bang voor het afkalven van hun gezag als steeds meer volk Jezus volgt en hem aanspoort hun land te bevrijden van de Romeinse overheersing. Deze houding van het volk beangstigt ook Jezus, die weet welk lot hem te wachten staat. Uiteindelijk vinden de hogepriesters en Judas elkaar en wordt Jezus verraden, waarna Judas uit wroeging zelfmoord pleegt. De lokale joodse heerser Herodes, voor wie Jezus wordt geleid, beschouwt Jezus door de verhalen over zijn wonderen slechts als een amusante goochelaar en stuurt hem, als Jezus niet aan zijn verzoeken voldoet, teleurgesteld door naar Pontius Pilatus. Deze Romeinse gouverneur van Judea, die zelf geen kwaad in Jezus ziet, ziet zich door de druk van het volk, gecombineerd met Jezus’ halsstarrige houding, gedwongen Jezus te laten kruisigen.’ (uit: Wikipedia)

‘Andrew Lloyd Webber en Tim Rice creëerden de rock musical Jesus Christ Superstar. Een moderne, gedurfde en omstreden interpretatie van de laatste zeven dagen in het leven van Jezus Christus. Jezus wordt daarin op menselijke en invoelbare wijze geportretteerd als een man die, op het hoogtepunt van zijn invloed en roem, het vertrouwen verliest van Judas. Judas vermoedt dat de mythe rondom de man Jezus belangrijker is geworden dan hetgeen hij predikt in naam van God. Het verhaal van twee gepassioneerde mannen en één gepassioneerde vrouw, Maria Magdalena, die als enige bij Jezus zal blijven tot na zijn dood.
De single ‘Superstar’ werd met name in het liberale Nederland een hit en het conceptalbum (1970) met Murray Head, Ian Gillan en Yvonne Elliman een baanbrekende klassieker. Vijfendertig jaar later brengt Joop van den Ende Theaterproducties een gloednieuwe Nederlandse bewerking van Jesus Christ Superstar in de Nederlandse theaters. Een eigenzinnige versie van een even eigenzinnige rockmusical. Een zoektocht naar de waarde van geloof en de betekenis van Jezus in onze tijd, in ons land. Gemaakt vanuit het geloof dat één persoon een verschil kan maken, dat het ook ‘anders’ kan.’ (Uit: www.musicals.nl)

Judas 

Zie dus www.wikipedia.org voor informatie over Judas. Zoek op ‘Judas Iskariot’ en/of ‘evangelie van Judas’.

8. Toekomst beloofd

Johannes 14 t/m 17

Aanwijzingen voor de gespreksleider

Dit hoofdstuk behandelt twee gedeelten (uit hoofdstuk 14 en 16). Er staat nog veel meer in deze hoofdstukken. Hieronder staat meer informatie over deze hoofdstukken en ook enkele gespreksvragen. Om het geheel van het evangelie van Johannes te begrijpen is het wel aan te bevelen dat iedereen van te voren hoofdstuk 14 t/m 17 van het evangelie van Johannes doorleest. Dan is de context van de twee besproken gedeelten helderder. Je kunt er ook voor kiezen om dit op de bijeenkomst te doen, maar dan blijft er wel (te) weinig tijd over voor de bespreking van de twee gedeelten…

Als gespreksleider kun je er ook voor kiezen om bijvoorbeeld de informatie in het boek (bv. de introductie of informatie bij een Bijbelgedeelte) niet met elkaar te lezen, maar het uit te leggen. Bij dit hoofdstuk zou je als gespreksleider ook even Johannes 14 t/m 17 kunnen samenvatten (terwijl iedereen even mee bladert in zijn/haar bijbel).

Bij de eerste verwerkingsopdracht kun je ook denken aan het werk van Open Doors. Via www.opendoors.nl/schrijf  kun je adressen vinden van mensen die je kunt bemoedigen.

Hieronder kun je de teksten (beloften) vinden die bij  de verwerkingsopdracht passen. Je kunt deze uitprinten – elke tekst op een kaartje. Als gespreksleider kun je ze ook uitprinten op echte kaarten of op visitekaart-formaat (en dan steviger papier). Dit geeft mensen de mogelijkheid om deze bemoedigende tekst, die iemand voor hen heeft uitgekozen, neer te zetten of een tijdje bij zich te dragen. Op die kaart (of dat visite-kaartje) kun je ook ervoor afdrukken: ‘Jezus zegt jou: ….’ Of ‘Jezus belooft jou: …’. Deze kunnen aan het eind van de avond ook meegegeven worden. Wellicht kun je ook zo’n kaart opsturen naar iemand die er niet was of die jullie als groep willen bemoedigen.

Boekentips

De hemel – Joni Earecksson Tada

De grote scheiding – C.S. Lewis

Hoop op God – Jan Hoek

Drie boeken die gaan over de hemelse toekomst op grond van de bijbel. De drie genoemde boeken gaan wat betreft ‘theologisch gewicht’ van licht naar zwaar.

 

Tekst voor kaartjes

‘In het huis van Vader zijn vele woningen (Johannes 14:2)

‘Wanneer ik een plaats voor je gereedgemaakt heb, kom ik bij je terug (Johannes 14:3)

‘Ik zal je met me meenemen en je zult zijn waar ik ben’ (Johannes 14:3)

‘Als je mij kent, ken je de Vader (Johannes 14:7)

‘Als je iets in mijn naam vraagt, zal ik het doen’ (Johannes 14:14)

‘Ik laat je niet als een wees achter, ik kom bij je terug’ (Johannes 14: 18)

‘Ik leef en jij zult ook leven’ (Johannes 14:19)

‘Wie mij liefheeft zal de liefde van mijn Vader en mij ontvangen’ (Johannes 14:21)

‘Wie mij liefheeft, daar zal ik mij aan bekendmaken’ (Johannes 14: 21)

‘Wie mij liefheeft, daar zullen mijn Vader en ik bij wonen’ (Johannes 14:23)

‘Later zal de Heilige Geest je alles duidelijk maken’ (Johannes 14:26)

‘Ik laat je vrede na, mijn vrede geef ik je’ (Johannes 14: 27a)

‘Maak je niet ongerust, verlies de moed niet’ (Johannes 14: 27b)

[/restab]
[restab title=”9. Jezus’ lijden en sterven”]

9. Jezus’ lijden en sterven

Johannes 18 en 19

Aanwijzingen voor de gespreksleider

Lees allereerst (weer) het hele hoofdstuk door en de hoofdstukken uit Johannes. Bedenk daarna wat je echt aan de orde wilt hebben. Bij dit hoofdstuk is zeker aan te bevelen om het hele Bijbelgedeelte (dus zowel Johannes 18 als Johannes 19) met elkaar te lezen. Ook al bespreek je misschien niet alles, het is toch goed om het hele verhaal ‘binnen te laten komen’. Misschien is het een optie om de eerst twintig minuten (of nadat de introductie is gedaan) achter elkaar de twee hoofdstukken te lezen (door bijvoorbeeld 1 persoon met een goede tekstbeheersing). En daarna de vraag te stellen: wat doet dit verhaal je. Vervolgens kun je dan naar de tekst uit het boek en de gespreksvragen en verwerkingsopdrachten gaan.

De eerste gespreksvraag kan bijvoorbeeld ook een paar dagen voorafgaand aan de bijeenkomst rondgemaild worden. Daarbij kan de mogelijkheid geopperd worden om eventueel een voorwerp mee te nemen wat voor die persoon herinnert aan het lijden en sterven van Jezus of wat belangrijks is (geweest) voor die persoon als het gaat om het lijden en sterven van Jezus.

Onderaan deze pagina vind je een selectie kunstwerken uit de kunstgeschiedenis die gaan over het kruis (of het lijden) van Jezus. Deze kunstwerken zou je kunnen opsporen via google en vervolgens uitprinten. Op de bijeenkomst zou je dan de afbeeldingen door de groep kunnen laten bekijken en hen erop laten reageren. Je bent natuurlijk ook vrij om andere afbeeldingen te kiezen en te gebruiken op jullie bijeenkomst.

Liederensuggesties

Heer, ik prijs uw grote naam – opwekking 430

Meer dan rijkdom – opwekking 544

Zie hoe Jezus daar loopt door Jeruzalem – opwekking 614

Jezus, leven van mijn leven – gezang 182

Boekentips

Hij koos de pijn – Max Lucado

Een toegankelijk boek over het kruis en het lijden van Jezus – telkens toegepast op het waarom van dat lijden. Het boekje is in verkorte versie ook een geschenkboekje (‘Hij deed dit speciaal voor jou’ – Max Lucado).

Het kruis van Christus – John Stott

Een grondig boek dat ongeveer alle facetten van het kruis belicht en bespreekt.

Afbeeldingen

Hieronder worden enkele beroemde werken uit de kunstgeschiedenis over het lijden en sterven van Jezus opgesomd. Via internet zijn deze afbeeldingen makkelijk te vinden en uit te printen.

  • Nicolaas Tournier – Crucifixion
  • Rembrandt – De goede moordenaar
  • Rembrandt – De kruisiging – kleine plaat
  • Jan Wellens de Cock – Nederlands altaarstuk
  • Jan van Eijck – Crucifixion
  • Carvaggio – de geseling van Jezus
  • Carvaggio – Zie de mens
  • Colin McCahon – Crucifixion with applebranch
  • Marc Chagall – White Crucifixion
  • Kasimir Malevich – Suprematisch kruis

10. Jezus na zijn dood

Johannes 20 en 21

Aanwijzingen voor gespreksleider

Het laatste hoofdstuk behandelt twee hoofdstukken uit het evangelie van Johannes. Ook hier geldt weer dat het goed zou zijn om beide hoofdstukken eerst in zijn geheel samen te lezen. Vervolgens kan er dan middels de uitleg in het boekje en de gespreksvragen/verwerkingsopdrachten ingezoomd worden op bepaalde aspecten uit deze hoofdstukken.

Onderaan deze pagina vind je de nodige uitspraken van bekende en minder bekende mensen (vaak theologen). Deze uitspraken kun je voor iedereen uitprinten. Iedereen mag dan een uitspraak kiezen die hem aanspreekt (of uitdaagt, intrigeert, eruit springt, etc.). Bespreek vervolgens met elkaar de gemaakte keuzes. Als gespreksleider kun je er natuurlijk ook zelf een paar uitspraken toevoegen.

Hieronder is ook een werkblad te downloaden over navolging. Je kunt er voor kiezen om dit werkblad vooraf al door iedereen in te laten vullen (bv. door het rond te mailen of een bijeenkomst eerder al uit te delen). Je kunt ook iedereen op de bijeenkomst even tijd geven om het in te vullen en vervolgens de uitkomsten met elkaar te bespreken. Neem de uitkomsten van dit werkblad ook mee in het kringgebed aan het eind van de avond.

Aan het eind van het hoofdstuk wordt verwezen naar een document met argumenten voor en tegen de opstanding van Jezus. Dit is te downloaden voor wie het interesseert.

Dit is de laatste avond aan de hand van het Bijbelstudieboek ‘Jezus beter begrijpen’. Hopelijk hebben jullie er goede avonden mee gehad. Neem dus aan het eind ook even tijd om vooruit te kijken of en wanneer jullie weer bij elkaar komen. Misschien is ‘Psalmen beter begrijpen’ een mooi vervolg?

Bijlagen

JBB – navolging -> zie bijlage ‘Groeien in navolging’

JBB – argumenten m.b.t. de opstanding van Jezus -> zie bijlage ‘Argumenten voor en tegen Jezus’ opstanding’

Liederensuggesties

Christus onze Heer verrees – gezang 215

Maak mij rein voor u – opwekking 427

Heer, ik kom tot u – opwekking 488

Boekentips

Bewijs genoeg – Lee Strobel

In alle redelijkheid – Tim Keller (hoofdstuk 13)

De laatste dagen van Jezus – Graig Evans en Tom Wright

Boeken die de opstanding van Jezus verdedigen op diverse gronden.

Uitspraken over de opstanding van Jezus

Het bijbelse perspectief is opstanding. Geen toekomst die slechts een troost is voor het verdriet om het leven dat we nooit hebben gehad, maar een herstel van het leven dat je altijd hebt gewild.

Soms komen mensen naar mij toe en zeggen dan: ‘ik heb het echt moeilijk met dit aspect van het christelijk geloof. Ik vind het erg mooi, maar ik denk niet dat ik het kan aanvaarden.’ Ik antwoord dan meestal: ‘Als Jezus uit de dood is opgestaan, zul je alles wat hij gezegd heeft, moeten aanvaarden, maar als hij niet uit de dood is opgestaan, waarom zou je je dan nog druk maken over ook maar iets van wat hij gezegd heeft? De kwestie waar alles van afhangt, is niet of zijn onderwijs je aanstaat, maar of hij wel of niet uit de dood is opgestaan. Zo hebben de eerste hoorders van de opstandingsboodschap zich gevoeld. Ze wisten dat als dat waar was, ze hun leven niet langer zelf konden bepalen. Het betekende ook dat ze nergens meer bang voor hoefden te zijn. Niet voor het zwaard van de Romeinen, niet voor kanker, nergens voor. Als Jezus uit de dood is opgestaan, verandert dat alles. (Tim Keller)

Dood is dood. (veel gehoorde uitspraak).

Ik geloof de getuigen die bereid zijn zich de keel door te laten doorsnijden (Blaise Pascal).

Als Jezus Christus werkelijk uit de dood is opgestaan , wordt het christendom goed nieuws voor de hele wereld (…). Pasen betekent dat God niet bereid is om een wereld vol onrecht, geweld en degradatie te tolereren en dat wij er met al Gods energie aan moeten werken dat de overwinnning van Jezus ingang vindt bij iedereen. Haal de opstanding weg en Karl Marx krijgt gelijk dat het christendom de problemen van de materiële wereld negeert. Haal de opstanding weg en Freud krijgt gelijk dat het christendom wensdenken is. Haal de opstanding weg en Nietzsche krijgt gelijk dat het christendom een godsdienst is voor zwakkelingen. (N.T. Wright)

Als Christus niet is opgewekt, dan is uw geloof nutteloos (Paulus, in de brief aan de Korintiers)

Bijlage: Groeien in navolging

Jezus Christus verzamelde tijdens zijn leven enkele leerlingen om zich heen. Hij besteedde veel aandacht aan hun vorming als discipel. Deze leerlingen gaf hij zowel voor als na zijn opstanding de opdracht om hem blijvend na te volgen. Ook nu wil Jezus dat zijn volgelingen zijn missie op aarde voortzetten. Dit betekent dat zij zich inzetten voor het Koninkrijk van God waarmee hij is begonnen. Hieronder staan een aantal terreinen waar wij ons kunnen inzetten . Het is een soort samenvatting van de punten waar Jezus (in de verschillende evangeliën) navolging vraagt. Op deze terreinen is blijvende groei nodig – christenen blijven leerlingen. Vink eens drie zaken aan waarin je wil groeien in het volgen van Jezus. Schrijf erachter wat je concreet hieraan gaat doen (bijvoorbeeld als je aankruist ‘helpen van armen’ – volgende week een gift overmaken naar een goed doel).

Relatie met God

  • geloof en vertrouwen
  • liefde en overgave
  • kennis van wie hij is en wat hij wil
  • voor hem leven
  • omgang met hem door gebed
  • ontvankelijkheid voor leiding

Relatie met Gods Koninkrijk

  • prioriteit nr. 1 in ons leven
  • actief bevorderen van dit koninkrijk

Relatie met andere mensen

  • uitleven van vergeving, barmhartigheid, geduld, etc.
  • helpen van armen en hulpelozen
  • leiden en vormen van minder gevorderde leerlingen
  • zoeken van eenheid en verbondenheid
  • genezen van zieken

Houding ten opzichte van onszelf

  • kiezen voor zelfverloochening en kruis dragen
  • dienen in eenvoud en nederigheid
  • loslaten van status en maatschappelijke waardigheid

Houding ten opzichte van ons bezit

  • aan God teruggeven van zegeningen ten behoeve van zijn Koninkrijk
  • nastreven van voortgaande bezitsbeperking
  • vereenvoudiging van levensstijl (genieten van genoeg)

Houding ten opzichte van de boze

  • verdedigen tegen en verbreken van invloed van de boze
  • onderscheiden van geesten

 

Bijlage: Argumenten voor en tegen Jezus’ opstanding

ARGUMENTEN DIE PLEITEN VOOR DE OPSTANDING

Het graf is leeg
Er is nergens in de evangeliën of daarbuiten te lezen dat dit wordt betwist. Blijkbaar was het overduidelijk dat het graf leeg was. Het was ook zeer eenvoudig geweest voor mensen om aan te tonen dat het graf niet leeg was. De tegenstanders, die in ruime mate voorhanden waren, hadden er baat bij gehad om aan te tonen dat Jezus wel degelijk in het graf was. Ze komen echter met een verklaring dat de leerlingen ’s nachts het lichaam hebben weggehaald (terwijl de Romeinse wachters sliepen! Zie ook Matteüs 28: 11-15). Blijkbaar stonden zij voor het voldongen feit dat het graf leeg was. Voor dit gegeven dient er dus een verklaring gegeven te worden.

Nergens wordt het lichaam van Jezus getoond
Door niemand wordt het lichaam van Jezus getoond. Zo was het gerucht makkelijk te ontkrachten geweest. Er waren verschillende groepen (zowel Joodse als Romeinse leiders) die er baat bij hadden om dit gerucht te ontkrachten.

Verandering bij de discipelen en verschillende sceptici
De leerlingen komen in de tijd rondom Jezus’ kruisiging naar voren als bange en teleurgestelde mensen. Ze vluchten nagenoeg allemaal als Jezus gevangen wordt genomen. Na Jezus’ kruisiging komen ze samen in een gesloten ruimte uit angst voor de Joodse leiders. Deze angstige leerlingen veranderen echter in blijde en vrijmoedige getuigen. Onverschrokken trekken ze rond met hun boodschap over een opgestane Jezus. Ondanks vervolging blijven ze vasthouden aan dit gegeven. Er moet iets gebeurd zijn, wat deze verandering heeft teweeg gebracht.
In de begintijd worden er ook enkele mensen christen die voor de kruisiging niet in Jezus geloofden. Te denken valt aan Jezus’ broer Jakobus en Paulus. Later komen deze sceptici tot geloof, vanwege het overtuigd raken van Jezus’ opstanding.

Er ontstaat geen grafverering
In die tijd was het gewoonte om de graven van Joodse rabbi’s tijdenlang te vereren. Er is nergens te lezen dat de volgelingen van Jezus dit zijn gaan doen. Het lijkt erop dat de vrouwelijke volgelingen dit eerst wel van plan waren. Er is iets gebeurd waardoor zij van dit plan hebben afgezien.

Ervaringen van christenen door alle tijden heen
Allerlei christenen in allerlei tijden zeggen iets van Jezus ervaren te hebben. Zij hebben de ervaring dat hij leeft en op hun leven is betrokken.

ANTWOORDEN OP ARGUMENTEN TEGEN DE OPSTANDING 

Niemand was er getuige van dat Jezus opstond uit de dood
Dit is zeker waar, maar dat wil niet zeggen dat Jezus daarom niet uit de dood kan zijn opgestaan. Hoewel het tegennatuurlijk is dat iemand opstaat uit de dood en het nooit is vertoond dat iemand opstaat uit de dood, is dit geen garantie dat het ook niet gebeurd kan zijn. Er hebben natuurlijk wel meer historische gebeurtenissen plaatsgevonden die slechts eenmaal zijn voorgekomen. Bovendien zijn er situaties te bedenken waar niemand bij is geweest (te denken valt bijvoorbeeld aan een misdrijf), waarvan later wordt geconcludeerd dat het werkelijk is gebeurd. Zo zijn er ook rondom de opstanding allemaal gebeurtenissen die moeilijk te verklaren zijn zonder Jezus’ werkelijke opstanding uit de dood.

Jezus was niet werkelijk dood, maar schijndood
Als Jezus niet werkelijk dood was, dan verklaart dat de verschijningen na zijn kruisiging. Een aantal zaken pleiten echter deze aanname. Allereerst is het moeilijk voorstelbaar dat iemand die zo enorm geleden heeft (o.a. geseling en kruisiging) zo’n 48 uur later uit een graf komt en zich voordoet als iemand die de dood heeft overwonnen. Na zo’n enorm lijden had Jezus enorm gebroken moeten zijn (en nog steeds halfdood). In de tweede plaats wijst de speersteek in de zij van Jezus op zijn dood. Er kwam water en bloed uit. In de tijd dat dit opgeschreven werd, wist men niet dat dit aanduidde dat de dood ingetreden was. Ten derde zijn er de beulen van Jezus. Het was dagelijks werk voor de Romeinen om mensen ter dood te brengen. Zij werden bovendien zelf geëxecuteerd als zij hun werk niet goed zouden doen.

Bedrog van discipelen
Het kan allemaal bedrog zijn geweest van de eerste discipelen. Zij hebben het lichaam van Jezus gestolen en vervolgens zijn ze met de bewering naar buiten gekomen dat Jezus was opgestaan. Buiten het feit dat het dan zeer ingenieus en goed volgehouden bedrog moet zijn geweest, pleit er nog het een en ander tegen deze verklaring. Er waren namelijk wachters aangesteld om juist te voorkomen dat het lichaam van Jezus zou gestolen worden. Daarnaast is van bijna alle discipelen bekend dat zij (na het nodige lijden) een vroegtijdige dood zijn gestorven wegens hun geloof in deze Jezus. Het is moeilijk te veronderstellen dat zij zulk lijden en sterven over hadden om hun bedrog vol te houden. Het is niet aannemelijk dat mensen hun leven geven voor een zelfbedachte leugen.

Bij de discipelen was sprake van hallucinatie
Het zou mogelijk kunnen zijn dat een enkeling Jezus na zijn dood heeft gezien in een bepaalde vorm van hallucinatie. Hallucinatie komt echter niet voor in groepsverband. Ook vinden eenzelfde hallucinaties niet plaats op verschillende tijdstippen bij verschillende mensen. Deze meer psychologische opvatting verklaart daarom het ‘opstandingsverhaal’ niet.

De evangeliën zijn niet betrouwbaar (legendevorming)
Dit argument gaat er vanuit dat de evangeliën een onbetrouwbare weergave van de feiten zijn. Sterker nog, ze zijn het resultaat van verzinsels of van legendevorming. Hier is echter het volgende tegenin te brengen. De vier verslagen die aan ons overgeleverd zijn (in een groot aantal exemplaren), worden over het algemeen gedateerd tussen de jaren 50 en 90 na Chr. Dat betekent dat sommige evangeliën al zo’n 30 jaar na de gebeurtenissen rondom Jezus’ sterven in omloop waren. Er waren dus nog allerlei mensen die getuige waren geweest van de gebeurtenissen. Zij hadden eventuele onwaarheden en verzinsels heel makkelijk kunnen ontkrachten, waardoor de aanhang van de opvatting dat Jezus was opgestaan, heel snel geslonken zou zijn. Legendevorming is uitgesloten, daar legendes ongeveer een paar honderd jaar nodig hebben om zich te ontstaan. Zij hebben kans geloofd te worden als er geen mensen meer leven die banden hebben met mensen uit de tijd van het gebeurde. Allerlei twijfelachtige verhalen over Jezus (dat hij getrouwd zou zijn met Maria van Magdala, voort zou leven in een bepaald gebied, etc.) worden gedateerd tussen 200 en 300 na Chr. – precies de tijd die legendes nodig hebben om te ontstaan.
Er zijn allerlei elementen in de evangeliën die wijzen op een grote betrouwbaarheid. Om een voorbeeld te noemen, kijken we naar het feit dat Maria van Magdala de eerste is die Jezus ontmoet. Dit gegeven vergroot de betrouwbaarheid van het getuigeverslag. In die tijd telde het getuigenis van een vrouw namelijk niet. Als men het niet zo nauw had genomen met de historische feiten, had men dit zeker anders geschreven om het gebeurde meer aannemelijk te maken. Er zijn vier verschillende beschrijvingen van de opstanding (de evangeliën). Daarnaast zijn er, binnen en buiten de bijbel, ook nog enkele geschriften die verhalen over de opstanding van Jezus. Deze geschriften zijn ook in de eerste eeuw ontstaan. De (kleine) verschillen tussen de verschillende verslagen zijn dezelfde verschillen als er nu verschillende getuigen worden gehoord over een gebeurtenis van 20 á 30 jaar daarvoor. De kern is dan ongeveer hetzelfde, maar de details worden op een verschillende manier herinnerd.

[/restab]
[restab title=”Extra info Joh. 11 – 12″]

Informatie over Johannes 11
In dit hoofdstuk wordt het zevende (en laatste) teken van Jezus uitvoerig verteld. Het is dan ook het grootste teken van Jezus. Bovendien leidt deze gebeurtenis tot het definitieve besluit van de Joodse leiders om Jezus ter dood te laten brengen. In dit verhaal komen enkele kernuitspraken van Jezus voor. We willen in deze les met name stil staan bij dood en de opstanding van de dood.

Lazarus is met zijn twee zussen bevriend met Jezus en zijn leerlingen. Zij bieden Jezus en zijn leerlingen nogal eens een slaapplaats aan. Hun woonplaats, Bethanie, dat ‘huis van ellende’ betekent, ligt op zo’n 3 kilometer afstand van Jeruzalem. Jezus zal er op zijn reizen naar Jeruzalem meermalen langsgekomen zijn en overnacht hebben.
Men begroef een overledene in die tijd op de dag van overlijden.
De opwekking van Lazarus is het zevende teken. Dit laatste teken is het meest bijzondere en indrukwekkende teken. Dit teken onderstreept Jezus uitspraak dat hij de ‘opstanding en het leven is’. In dit verhaal wordt de naam van Lazarus eer aan gedaan. Lazarus betekent namelijk ‘die God helpt’.
Het is niet duidelijk waar de emotie van Jezus uit bestaat en op gericht is. Is het boosheid of verdriet? Is het vanwege het overlijden van Lazarus, de rouwenden mensen of het ongeloof van de omstanders?
Zie de bijlage ‘personen en groepen’ voor een verklaring van allerlei groepen, die in dit verhaal voorkomen (zoals Sanhedrin, Farizeeën, hogepriesters, e.d.).

Dit is het vijfde ‘Ik-ben-woord’ van Jezus. Jezus geeft niet alleen leven (wat bleek uit het wonder dat deze uitspraak onderstreepte), maar is het leven zelf.
Deze uitspraak wordt wel eens het thema van het Johannesevangelie genoemd. Immers, daar gaat het vaker over het leven, woorden van eeuwige leven, het geven van eeuwig leven, de dood niet aanschouwen door te geloven, etc.
Met de ‘opstanding op de laatste dag’ wordt teruggegrepen op Joh. 5:29 en 6: 40. In het Oude Testament is deze laatste dag, de dag van het oordeel, het einde van de tijden.
Het woord grootheid wordt in andere vertalingen ook vaak weergegeven met heerlijkheid of eer. In het Oude Testament wordt nogal eens gesproken over de grootheid (heerlijkheid) van God.

 

 

Informatie over Johannes 12
Dit is het laatste hoofdstuk dat handelt over het publieke optreden van Jezus. De gebeurtenissen in dit hoofdstuk vinden een aantal dagen voor het lijden en sterven van Jezus plaats. Er komen een aantal mensen naar voren die Jezus op een bijzondere manier de (laatste) eer bewijzen. We kijken in deze les echter niet alleen naar hoe Jezus eer werd bewezen, maar ook hoe wij hem de eer kunnen geven.

Lazarus, Martha en Maria waren in Johannes 11 geïntroduceerd. De zalving van Maria werd aan het begin van hoofdstuk 11 als bekend verondersteld. In Lucas 11: 38-42 wordt er meer over Maria en Martha verteld. Maria zalft Jezus hier met een heel flesje, zeer kostbare olie. Deze olie werd meestal alleen druppelsgewijs gebruikt. Vanuit de andere evangeliën (Matteüs 26: 6-16, Marcus 14: 3-9) is duidelijk dat Maria echter de hele fles gebruikt. De fles kostte bijna een gemiddeld jaarloon (1 denarie is namelijk ongeveer een dagloon). Het was een eerbetoon als voor een koning.
Jezus en de leerlingen hadden blijkbaar een kas, waarover Judas het beheer had. Deze kas werd waarschijnlijk gevuld door enkele (rijke) vrouwen die Jezus volgden.

Duizenden mensen kwamen van heinde en verre om het Joodse paasfeest te vieren. Dit deed men in navolging van de thora, die opriep om de drie belangrijkste Joodse feesten in Jeruzalem te vieren. De menigte zingt hier psalm 118 – een pelgrimslied wat men vaak zong ter voorbereiding op het Paasfeest. Hosanna betekent ‘red toch’ (zie ook Psalm 118:25). Men verwachtte een koning die de Joden zou redden uit de hand van de Romeinen. Palmtakken waren een symbool van overwinning. Jezus ziet zichzelf blijkbaar als de vervulling van het Oude Testament. Welbewust mijdt hij deze verering niet (terwijl hij meestal tijdens zijn optreden niet veel van pogingen om hem messias te maken wil hebben). Van een messias werd namelijk op grond van het Oude Testament verwacht dat hij als een koning zijn intrede zou doen in Jeruzalem. De leerlingen begrepen dit pas achteraf. Deze intocht was overigens wel nederiger van aard dan de toenmalige heersers gewoon waren de stad binnen te trekken. Zij kwamen hoog te paard de stad in.

In dit laatste hoofdstuk van Jezus’ publieke optreden komen een aantal kernachtige uitspraken voor. Deze uitspraken komen op een soortgelijke manier voor in de andere evangeliën, of worden eerder uitgesproken in het evangelie van Johannes. Deze uitspraken vatten het onderwijs van Jezus samen. Deze uitspraken zijn niet altijd makkelijk te begrijpen. In Johannes zijn ze bovendien behoorlijk zwart/wit. Uiteindelijk zijn er twee reacties mogelijk op de woorden van Jezus: geloof of ongeloof. Beide reacties komen in dit gedeelte voor, zowel bij het gewone volk als bij de leiders.

Extra informatie Johannes 14 – 17 

In deze hoofdstukken geeft Jezus zijn laatste onderwijs aan de discipelen. We krijgen in deze hoofdstukken een inkijk in heel vertrouwelijke laatste woorden. Deze worden uitgesproken kort voor zijn lijden en sterven. Laatste woorden van mensen, zeker als ze bewust zijn uitgesproken, hebben vaak een enorme waarde. Dit geldt zeker van deze laatste woorden van Jezus, die ook waarde hebben voor mensen tot op de dag van vandaag.

Jezus spreekt aan het begin van hoofdstuk 15 zijn laatste (zevende) ‘Ik-ben-woord’ uit: ‘Ik ben de ware wijnstok’. Dit geeft ook direct de verhouding weer met zijn leerlingen: zij zijn de ranken, die op hem geënt dienen te blijven. Als de leerlingen dicht bij Jezus en zijn woorden blijven, zullen ze vrucht dragen. Met dat doel voor ogen snoeit God de Vader ook de ranken bij. Als ‘de ranken’ veel vrucht zullen dragen zal de grootheid van de Vader meer zichtbaar worden.

Jezus verklaart in dit gedeelte zijn liefde aan de leerlingen. Zoals de Vader hem heeft liefgehad (zie Johannes 3: 16), zo heeft hij hen liefgehad. En vervolgens draagt hij hen op om elkaar ook op die manier lief te hebben. Het woord dat gebruikt wordt voor liefde heeft alles met geven te maken. Dit stemt overeen met de Jezus’ uitspraak in vers 13: ‘er is geen grotere liefde dan je leven te geven voor je vrienden’. Zover is Jezus zelf gegaan door zijn leven te geven. Dit vraagt hij op zijn beurt van zijn leerlingen (zie I Johannes 3:16).
Hier blijkt dat Jezus ook heel vertrouwelijk met zijn volgelingen wil omgaan. Hij noemt hen vrienden. Als reden geeft hij op dat hij alles met hen gedeeld heeft. Zijn leerlingen blijven vrienden als ze in zijn spoor van gevende liefde zullen gaan.

Jezus voorspelt zijn leerlingen hier moeilijke tijden. Als Jezus weg is, zullen ze te maken krijgen met haat, vervolging, verdriet. Jezus is daar heel eerlijk over. Jezus belooft hen echter een aantal dingen:
– de troost, de nabijheid en het onderwijs van de heilige Geest
– ze zullen Jezus, na een korte tijd, weer terugzien
– het verdriet zal in vreugde veranderen
– wat ze in de naam van Jezus aan God zullen vragen, zal God hen geven
– de liefde van de Vader
De leerlingen mogen moed houden, want uiteindelijk heeft Jezus de wereld overwonnen. Ze zullen het zwaar te verduren krijgen, maar niet ten onder gaan.
Het woord wereld wordt hier gebruikt in de betekenis van ‘vijandige en ongelovige mensen’. Op andere plekken in Johannes betekent vaak ‘de mensheid’. Het kan ook ‘de aarde’ betekenen.

In hoofdstuk 17 Jezus zijn afscheidsgesprekken met zijn 11 leerlingen af met een gebed. Dit gebed is later bekend geworden als het ‘hogepriesterlijke gebed’, aangezien Jezus in dit gebed als een (hoge)priester instaat voor de mensen. Het is het langste gebed van Jezus wat we overgeleverd hebben gekregen. Dit maakt het ook tot het langste ‘voorbeeldgebed’ voor ons.

Jezus bidt op een manier die toen gewoon was – met de ogen naar de hemel (net als in Johannes 11: 41) en (waarschijnlijk) met de handen omhoog geheven (zie bijvoorbeeld ook Exodus 17: 8 – 16 en I Timoteüs 2: 8).
In dit gebed bidt Jezus als het ware voor drie ´categorieën´. Allereerst bidt hij voor zichzelf. Hij bidt zijn Vader om zijn grootheid te tonen. Vervolgens bidt hij voor zijn leerlingen. Hij vraagt om bescherming en vreugde. Ten slotte bidt Jezus voor de mensen die in hem zullen gaan geloven. Voor hen bidt Jezus om eenheid en liefde.
Johannes gebruikt het woord wereld in verschillende betekenissen. In de eerste plaats kan er de mensheid mee aangeduid worden (o.a. Johannes 17: 21). In de tweede plaats kan er de aarde mee bedoeld worden (o.a. Johannes 17: 5). In de derde plaats de vijandige en ongelovige mensen (o.a. Johannes 17: 14), die geïdentificeerd wordt met de boze (Johannes 17:16 en de term ‘overste van de wereld’).
Jezus wordt ook wel eens een ‘voorbidder’ genoemd. In de hemel brengt hij de gebeden als het ware bij God de Vader. In dit hoofdstuk zien we hoe Jezus ‘voorbede’ doet voor mensen.